Nooit te weinig wind, soms te weinig tijd...
Een paar keer per jaar vaar ik als vrijwilliger mee op zo 'n prachtige dagtocht met de Stedemaeght. Liefst anoniem. Alhoewel... Niemand kent Mobydick, dus waar maak ik mij druk over?
Het schip zou om 09.30 uur vertrekken vanuit de Bataviahaven en het beloofde prachtig weer te worden. Ik arriveerde als één van de eersten en zocht een zonnig plekje aan de kade op en zag de overige passagiers één voor één aankomen. Van de kapitein hoorde ik al eens, dat iedere dagtocht een ander publiek trekt. De sfeer is elke keer anders, maar altijd goed. Ik zag een paar "stelletjes", een aantal "vriendinnen", één behoorlijk grote familie en een groepje wat ik inschatte als" broers". De rest schets ik even gemakshalve af als grote grijze meerderheid, maar dan wel een opgewekte grijze meerderheid.
We keken belangstellend naar de mannen in groen poloshirt, die druk doende waren met het schrobben van het dek, poetsen van koper en het wegvegen van wat spinrag. Het dek glom!
Zoals het hoort aan boord, gingen rolstoelers en minder mobielen als eersten over de loopplank, hartelijk welkom geheten door de gastvrouw. Dit goede gebruik is vast en zeker nog regelrecht afkomstig van het aloude "vrouwen en kinderen eerst". Met een kop koffie in de hand en een plak cake of stroopwafel in de andere, vond iedereen zijn plekje. Op het bovendek op de rieten stoeltjes of ergens langs de reling op de glimmende houten banken.
De kapitein heette ons welkom en vertelde dat we op weg waren naar Urk. Dat was geen verrassing. Eerst even door de sluizen, daarna nog een kwartiertje op de Diesel en toen werden de zeilen gehesen. De Kapitein had dit even daarvoor nog laagdunkend vergeleken met het laten zakken van de rolgordijnen, maar dat was waarschijnlijk alleen om ons op het verkeerde been te zetten. Wat is die Stedemaeght een práchtmeid met ál dat zeil hoog in de masten. Kompleet met een zonnetje en zelfs een klein beetje wind, gedroeg zij zich als een uiterst aantrekkelijk fotomodel. Ook ik kon het niet laten een plaatje te schieten met mijn slimme telefoon. Niet slecht tóch?
Het jongste stelletje had weinig oog voor al dit moois. Ze hadden, mogelijk door de uiterst romantische omgeving, slechts oog voor elkaar. Zo hoort het ook. De vermeende vriendinnen genoten zichtbaar en kletsten honderduit.
Een vriendelijke, wat oudere, maar levendige dame zei tegen iedereen die het maar wilde horen hoezeer ze het naar haar zin had. Oók tegen mij. Ik vroeg haar waar ze vandaan kwam. Ze antwoordde vroeg uit Lunteren te zijn vertrokken en de hele tocht via Nijkerk naar Lelystad al volop had genoten. Haar dag kon duidelijk niet meer stuk. Ze hadden eerst met z'n tweeën geboekt, vervolgens wat kinderen meegevraagd en uiteindelijk was de hele familie meegegaan op het dagtochtje naar Urk. Het werd een vrolijke familiereünie met veel zon en weinig wind. Dat hadden de broers ook opgemerkt inmiddels. "Gaat niet hard schipper" zei de een. Zijn iets dikkere, maar zeker zo vrolijke broer vulde aan met: "Halen we met deze wind Urk nog voor het donker wordt?" "Vast niet." mompelde de derde in onvervalst Amsterdams. De kapitein keek naar de zeilen, krabte achter zijn oor en antwoordde: " Er is nooit te weinig wind heren, soms wat te weinig tijd." De broers bestelden een biertje en ik nog een koel glas witte wijn. Tijd zat immers!
Welkom aan boord!
MobyDick®